Antwerpse rondgang

Reglement

Art 1 De rondgangcompetitie is ingedeeld in een 1ste, 2de en eventueel derde afdeling. Naargelang het aantal ploegen kan het bestuur beslissen het aantal  afdelingen te vermeerderen of te verminderen. De kampioen van de 1ste afdeling is Algemeen Antwerps Kampioen, de kampioenen van de andere afdelingen stijgen naar de hogere afdeling en de laatst aangekomen ploeg in zijn reeks zakt naar een lagere afdeling.

Art 2 De rondgang op 2 banen gespeeld. Het bestuur kan bij het seizoenbegin  een andere beslissing nemen (cfr. Art. 24 v/h sportreglement van de V.K.F.).

Art 3 Clubs die met meer dan één ploeg aan de rondgang deelnemen kunnen in dezelfde reeks aantreden. In dat geval zal, zowel in de heenronde als in de terugronde, begonnen worden met de wedstrijd tussen deze twee ploegen vooraleer tegen een andere ploeg te spelen.

Art 4 Clubs die geen of moeilijk een ploeg kunnen vormen om aan de rondgang deel te nemen mogen samen met een andere club een ploeg vormen om deel te nemen. Ze kunnen deelnemen onder de naam van één van de clubs of een gezamenlijke naam kiezen . De clubs blijven echter afzonderlijk bestaan.

Art 5 Wanneer twee reeds deelnemende ploegen, hetzij van dezelfde club, hetzij van twee verschillende clubs, willen fusioneren om aan de rondgang deel te nemen, is hiervoor de toelating nodig van het bestuur. Ingeval van toelating, zal deze club uitkomen in de reeks waarin de hoogst geklasseerde ploeg aantrad.

Art 6 De sportvergadering bekrachtigt de namen van de twee spelers die permanent deel uitmaken van de eerste ploeg (voor clubs die met meer dan één ploeg aantreden). Dit op basis van het klassement van de gemiddelden van de V.K.F. van die spelers. Deze drie spelers mogen niet aantreden in de tweede ploeg. Alle andere spelers mogen wel in de eerste ploeg spelen. Deze clubs mogen geen enkele wedstrijd van hun eerste ploeg uitstellen. Hetzelfde geldt voor de drie vaste spelers van de tweede ploeg, wanneer een club met meer dan twee ploegen aantreedt.

Art 7 Clubs die slechts met één ploeg aan de rondgang deelnemen, maar op de inschrijvingslijsten staan vermeld met acht of meer spelers, mogen ook geen wedstrijd uitstellen.

Art 8  Het uitstellen van een wedstrijd is voor de andere ploegen enkel toegelaten in uitzonderlijke gevallen en om bijzondere redenen. Het uitstel dient gemeld aan de sportleider, na overleg met de tegenstander en mits opgave van een vervangdatum. De uitgestelde wedstrijd dient zo vlug mogelijk gespeeld te worden en, indien  mogelijk; binnen de veertien dagen na de officiële datum. Er is geen bezwaar dat een wedstrijd naar voor wordt  verschoven, mits inachtneming van hogervermelde voorwaarden en van punt 3.

Art 9 Wanneer bij aanvang van een rondgangwedstrijd blijkt dat van een club slechts twee spelers aanwezig zijn en werd door deze club geen uitstel gevraagd, dan wordt een forfait voor deze club aangerekend : 1680 – 0, 16 – 0.

Art 10 Een club mag in geval van heirkracht, een speler van een andere club opstellen in de eerste ploeg, op voorwaarde dat deze niet behoort tot een club die reeds aan de rondgang deelneemt, in welke reeks ook. De opgestelde speler mag in datzelfde seizoen niet meer uitkomen voor een andere ploeg dat deze waarmee hij oorspronkelijk heeft meegespeeld.

Art 11 Wanneer een speler toekomt na het startuur van de wedstrijd mag hij nog deelnemen, op voorwaarde dat een ander club lid nog geen dubbele beurt heeft gespeeld.

Tijdens een normale wedstrijd met vier spelers mag hun volgorde tijdens de wedstrijd naar willekeur veranderd worden. Een speler mag in geen geval twee beurten na elkaar spelen

Art 12 Een ploeg die een niet aangesloten speler en/of een speler van een andere ploeg opstelt, verliest de wedstrijd met forfait score, zijnde 1680-0 en 16 – 0.

Art 13 In geval van heirkracht kan de wedstrijd gespeeld worden op andere banen dan deze opgegeven bij het seizoenbegin. De wedstrijd kan doorgaan mits goedkeuring van de tegenstander en van de sportleider.

Art 14 De beide ploegkapiteins treden op als scheidsrechter en waken er over dat de reglementen en de “Fair Play” in acht genomen worden.

Art 15 Klachten zullen door de kapiteins aan het VKF bestuur gericht worden.

Art 16 Tijdens de rondgangwedstrijden is het de spelers verboden op andere banen te oefenen. Vijftien minuten voor de aanvang van de wedstrijd zullen de banen ter beschikking gesteld worden van de bezoekers teneinde hen de gelegenheid te geven zich “in” te spelen.

Art 17 De rondgangwedstrijden beginnen in elk lokaal om 20u . Een ander aanvangsuur mag voor het seizoen aan het sportcomité worden voorgelegd of tussen beide ploegen afgesproken worden.

Art 18 De Ploegkapiteins zorgen ervoor dat er voor elke wedstrijd een wedstrijdblad wordt ingevuld. Dit wedstrijdblad moet degelijk en goed leesbaar worden ingevuld en zo vlug mogelijk aan de sportleider overhandigd. 

Art  19 Ploegen die zich niet houden aan de voorschriften van huidig reglement zullen door het sportcomité beoordeeld worden. Deze zullen eventueel een straf voorstellen die door het Bestuurscomité moet worden goedgekeurd.

Art  20 Bij het ruimen mag steeds na 5 worpen teruggezet worden, dit geldt voor alle deelnemers, ongeacht de categorie.

Art  21 Elke deelnemer mag 3 proefballen per baan werpen voor de aanvang van de wedstrijd, beginnend op de baan waar niet gestart wordt.

Rondgangformule 2 banen

De rondgang wordt gespeeld door twee ploegen op twee naast elkaar liggende banen, die voor het begin van de competitie opgegeven worden. Beide ploegen spelen gelijk.

De bezoekende ploeg begint op de linkse baan, de thuisploeg op de rechtse.

Iedere speler gooit na drie proefballen acht ballen in de linkse poort naar het volle bos.

Vervolgens worden twee doorgangen afgeruimd a rato van negen ballen per speler, in dezelfde poort, met dien verstande dat iedere speler verder gaat met de figuur die zijn voorganger heeft laten staan.

Hierop wordt van baan verwisseld en wordt hetzelfde gespeeld als hierboven, dus linkse poort maar zonder proefballen.

Nadien worden acht ballen gespeeld in de rechtse poort naar het volle bos met daarna twee doorgangen afruimen in dezelfde poort.

Dan wordt weer van Baan verwisseld en wordt terug een reeks volle bos en twee reeksen afruimen gespeeld in de rechtse poort

SCHEMATISCHE VOORSTELLING

Baan 1 Baan 2

Ploeg a linkse volle bos ploeg b linkse volle bos

links afruimen links afruimen

links afruimen links afruimen

b  a  a  n  w  i  s  s  e  l

Ploeg b linkse volle bos ploeg a linkse volle bos

links afruimen links afruimen

links afruimen links afruimen

Ploeg b rechtse volle bos ploeg a rechtse volle bos

rechts afruimen rechts afruimen

rechts afruimen rechts afruimen

b  a  a  n  w  i  s  s  e  l

Ploeg a rechtse volle bos ploeg b rechtse volle bos

rechts afruimen rechts afruimen

rechts afruimen rechts afruimen

PUNTENVERDELING

De punten worden verdeeld per halve wedstrijd, wanneer elke ploeg op iedere baan dezelfde poort gespeeld heeft. De punten worden vergeleken per baan

  • Volle Bos 2 x 2 = 4 punten (4 x het hoogste getal in dezelfde poort)
  • Afruimen 2 x 4 =  8 punten (4 x de 2 hoogste getallen  in dezelfde poort)
  • Totaal afruimen per poort      2 x 1 =  2 punten (hoogste totaal)
  • Wedstrijdpunten                                  2 punten 
  • Totaal 16 punten

Indien het tweede punt volle bos moet toegekend worden voor een gelijke reeks, gaat het punt naar de bezoekende ploeg

Bij gelijke stand “afruimen per poort” gaat het punt eveneens naar de bezoekende ploeg

Bij gelijk “eindtotaal” krijgt elke ploeg 1 punt